Goed om weten 2024
De blikvangers van 2024
Kardinaal Jozef De Kesel zal de mis voordragen om 10u en zal aanwezig zijn op de Ommegang.Trots op onze stad én een eerbetoon aan Maria-Ommegang 7 juli 2024. Dit jaar gaat opnieuw onze Maria-Ommegang door op 7 juli in de straten van Poperinge. Deze processie is een vaste waarde geworden bij de start van de grote vakantie. Jong en oud lopen in deze processie mee en beelden de geschiedenis van de stad uit én tonen het mirakel van het doodgeboren kind dat weer levend werd.
Het vertrouwde programma
De dag start feestelijk met een Pontificale Hoogmis om 10 uur in de St-Janskerk, voorgegaan door zijn Eminentie Kardinaal Jozef De Kesel. De omloop zelf start om 15.30 uur en volgt het vaste parcours. Voor de talrijke figuranten is dit een echte beleving. In totaal wordt er maar liefst 3300 meter gestapt! Getooid in de prachtige processiekleren, al dan niet met baard beelden de figuranten alle belangrijke periodes uit. En ook de vele kinderen die meestappen tonen dat er toekomst is voor deze aloude maar springlevende traditie.
Niet zomaar een verhaal
Het mirakel (1479) werd in 1481 officieel erkend met een groeiende Maria- devotie tot gevolg. Dit feit was voor de 15deeeuwse mens zo bijzonder dat het maar kon gebeuren vanuit de voorspraak van Maria. Voor hen was dit meer dan zomaar een wonder of een mirakel. Het was de erkenning van wat Maria voor haar kinderen kon doen. Én dat erkennen we vandaag nog steeds in de processie: we erkennen dat we trots zijn op de moederlijke nabijheid van Maria, op haar warme en trotse aanwezigheid dag in dag uit, hier en overal op deze wereldbol.
Praktische info
Ook dit jaar zal er maar één tribune zijn bij de St-Janskerk en kun je hiervoor kaarten verkrijgen bij de toeristische dienst.
Na de processie heeft een korte slotplechtigheid plaats in de Bruggestraat, bij de St.-Janskerk. Dit gebeurt in de openlucht.
Volgende groepen nemen hieraan deel:
• de bazuinblazers van de Mirakelgroep
• de gastgroep
• de afzonderlijke deelnemers met verenigingsvlaggen
• de overheidsgroep
• het jubelkoor en de beiaard van Doornik
De triomfwagen met het Mariabeeld wordt opgesteld in de Bruggestraat, geflankeerd door de flambouwen.
De afsluitende rij ruiters houdt het verkeer tegen.
Verloop:
1. bij aankomst wordt door het jubelkoor het Poperings Marialied gezongen: “Lieve Vrouwe, sedert jaren in Sint-Jan met goud gekroond
Toon uw zingend Poperinge, dat Gij gaarne bij ons woont!”
2. daarna volgt een korte tekst en zegening
3. onmiddellijk hierna volgt één strofe van het Marialied “Lieve Vrouwe van ons land”, terwijl iedereen zich richt naar het Mariabeeld
4. het eindgebeuren wordt afgesloten met een sonnerie door de bazuinblazers van de Mirakelgroep.
Over het eerste eeuwfeest zijn bijna geen archiefstukken bewaard. Men zat toen overigens volop in de reformatie. In 1566 hadden de “beeldenstormers” ook Poperinge bezocht en vernieling gezaaid in de Poperingse kerken. Het Mariabeeld kon toen, zoals nog meerdere keren in de loop der eeuwen, tijdig weggebracht worden. Ter gelegenheid van de tweehonderdste verjaardag werd een barok altaar opgericht dat in zijn oorspronkelijke stijl bewaard is gebleven.
Nadat de Ommegang nog een woelige eeuw had getrotseerd werd er opnieuw een eeuwfeest gevierd, nl. in 1778. Op de 5de juli van dat jaar gingen twee processies uit. In de morgen was er een geestelijke stoet met de drie schuttersgilden, de vijf rederijkerskamers, de relieken uit de drie kerken, de geestelijken van de stad met het mirakelbeeld, het allerheiligste en het
“magistraat”.
Volgens het programma dat bij deze gelegenheid werd uitgegeven, was in de middag omtrent twee uur “den Godvruchtigen Prael-Trein van Zegen-Prael” gepland. De praalstoet werd geopend door tamboers van rederijkerskamers en schuttersgilden, gevolgd door de processiekruisen van de drie parochies. Daarna kwamen de kinderen van de Armeschool van Sinte-Michiel. Verder bestond de processie uit zeven praalwagens, telkens voorafgegaan door een gilde. De laatste wagen verbeeldde het mirakel van Poperinge. Ten slotte volgden religieuzen van de stad en van de omliggende parochies, alsook de prominenten van de stad. Het mirakelbeeld werd gedragen door de paters
Recolletten.
1879 was (alweer) een jubeljaar voor Poperinge. Uit de “Beschrijving van den stoet der vierhonderdjarige processie ter eere van O.L.Vrouw van St.-Jan te Poperinge op 6 en 13 juli 1879” (de jubelprocessie ging twee keer uit!) blijkt dat de processie eigenlijk bestond uit vier stoeten.
Voornoemde beschrijving van de processie zegt over de “Stoet der Parochiekerk ter ere van Onze Lieve Vrouw” het volgende: “De stoet verbeeldt de bijzonderste godsvruchtigheden in de kerk bestaande: onder alle de andere munt uit de devotie tot O.L.Vrouw van den Rozenkrans, devotie die er sedert eeuwen lang bestaat en nog altijd bloeiend is; daarom is het merkweerdigste deel van den stoet beschikt om te verbeelden de 15 Mysterien van den Rozenkrans, waervan de Triomfewagen vooren stellende de Krooning van Maria in den hemel of beter het hemelsch hof, het sluitstuk is!”
De stoet van de parochiekerk van St.-Bertinus bestond uit vier groepen, nl. die van St.-Antonius van Padua, van O.L.Vrouw van de zeven weeën, van Sint- Bertinus, patroon van de stad, van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria. De derde stoet, nl. die van de parochiekerk van St.-Jan, was natuurlijk de voornaamste. Na een 10-tal groepen betreffende de heiligenverering bevatte dit deel nog “den Pracht-Wagen van het Mirakel”, waarop de 10 vereerde heiligen van de St.-Jansparochie figureerden en ook het mirakuleus beeld, gedragen door 12 maagden. Het “Bisschoppelijk Kollegie van den H. Stanislaus” organizeerde de vierde stoet. Elk zette natuurlijk zijn beste beentje voor maar van eenheid of samenhang in de processie was geen sprake.
De 475ste verjaring van het mirakel en het eeuwfeest van de geloofsverklaring van de onbevlekte ontvangenis werden met ongewone luister gevierd. Ook dat jaar (1954) ging de jubelprocessie tweemaal uit. Verder werd een mariale volkskunsttentoonstelling georganiseerd en werd een “Spel van het mirakel” opgevoerd op de Grote Markt. De processie die dat jaar gedeeltelijk vernieuwd en uitgebreid werd, bestond uit drie delen, nl.: het leven van Maria, de godsvrucht tot Maria en O.L.Vrouw van St.-Jan. In dat laatste deel werden de historische groepen aanzienlijk uitgebreid Het vijfde eeuwfeest werd met grote luister gevierd op 1 juli 1979. De aanzet werd gegeven met een pontificale hoogmis, uitgezonden door TV 1. Na jarenlange voorbereiding ging een volledig vernieuwde procesie uit, waarbij 1400 figuranten uit alle lagen van de bevolking mee opstapten.
Het eerste deel had als thema ‘Maria, Moeder van Christus en van de Kerk’. Het was geïnspireerd op de vier hoofdfeesten van Maria: O.L.Vrouw Onbevlekt Ontvangen (8 december), Maria Moeder van God (1 januari), De Boodschap (25 maart) en Maria-Tenhemelopneming (15 augustus). Het tweede deel was de historische evocatie en het derde deel was de huldiging aan O.L.Vrouw van St.-Jan met als apotheose de triomfwagen met het genadebeeld. In dat jaar verscheen het boek ‘Mariale Ommegang Poperinge’.
1909 was voor Mariaminnend Poperinge ook een bijzonder jaar. Duizenden woonden op 16 mei de plechtige kroning bij van O.L.Vrouw van St.-Jan door Mgr. Waffelaert, bisschop van Brugge. De kroning had plaats tijdens een speciale mis op de Grote Markt, die opgeluisterd werd door een koor van 600 uitvoerders. Er werden speciale bussen ingelegd, vooral uit Frans-Vlaanderen, om deze uitzonderlijke plechtigheid bij te wonen.
Het gekroonde beeld van Popeirnge nam zo zijn plaats in tussen de 26 andere erkende mirakuleuze O.L.Vrouwebeelden van ons land.
De kroning van Maria werd uitgebeeld op een brandvenster bij het O.L.Vrouwaltaar. Interessant detail: de priester met de koorkap die het beeld volgt is het portret van E.H. Camiel Banckaert, pastoor op de St.-Jansparochie van 1902 tot 1922. Ook bovenaan de ingangspoort van de hoofdingang van de kerk, op het boogveld (timpaan) vertoont een beeldengroep de kroning van Maria door de Heilige Drievuldigheid.
In 2009 heeft een bijzondere viering plaatsgegrepen om de honderjarige kroning te herdenken.
Na het mirakel van 1479 nam de devotie tot O.-L.-Vrouw een hoge vlucht. Na de officiële erkenning twee jaar later werd de eerste processie ingevoerd. Maar de gewone mensen, die in allerlei omstandigheden op Maria’s bijstand een beroep deden, en vooral toekomstige moeders die een heilige verering voor Haar koesterden, wachtten de dag van de jaarlijkse grote processie niet langer af . Alleen of in kleine groepjes begonnen ze de ommegang te gaan. Van hogerhand werd deze vrome oefening aangemoedigd en door verschillende pausen met aflaten begunstigd. De geestelijkheid voerde zelfs de juli-octaaf in, wat betekende dat er acht dagen vieringen waren, van de ene zaterdag tot de daaropvolgende zaterdag. Dit werd dan ook de stedelijke kermis.
Op die tweede zaterdag (einde van de octaaf) was er een ommegang in de stemmige avond (want velen moesten ook de ganse zaterdag werken) en om de vele bedevaarders de kans te geven de vieringen af te sluiten bleef de St.- Janskerk die dag gedurende de ganse nacht open. Zo ontstond de benaming “Donkere Ommegang”. In de loop der tijden echter bleven de jongens en meisjes plezier maken op de kermis en brachten sommige mannen uitgebreide bezoeken aan de herbergen, voor of na hun (veel kortere) bezoek aan de kerk, zodat deze regeling uit de hand begon te lopen. Uiteindelijk, na een woelige Donkere Ommegang, verbood de bisschop van Ieper in 1806 de kerk ’s avonds laat open te laten en vroeg zelfs aan de burgemeester de cafés vroeger te doen sluiten. Sedertdien werd de ommegang verplaatst naar de namiddag, maar de naam “Donkere Ommegang” bleef behouden.
Deze ommegang start om 16 u. bij de St.-Janskerk; het beeld wordt tijdens de tocht gedragen door mannen.
Geraadpleegde werken: Geschiedenis van het groot mirakel en van de verering van het genadebeeld, uitgegeven ter gelegenheid van de jubelviering bij de 475ste verjaring van het mirakel Aan de Schreve, 9de jaargang 1979 – nr. 2, speciaal nummer naar aanleiding van de 500ste verjaring van het mirakel door Maurits DEBRIE
Het woord “Pamel” zou voortkomen uit het latijn Pabulum (weide). In de 13de eeuw was de St.-Jansparochie pas ontstaan en rond de nieuwe kerk was het nog allemaal weide en bouwland. Pamel noemde men oorspronkelijk het Poperings grondgebied dat tot de St.- Jansparochie behoorde. Het begrip is nu herleid tot het vierkant rond de St.-Janskerk, nl. Bruggestraat, St.-Janskruisstraat, Ieperstraat en Valkestraat.
Op de laatste dag van de kermis (maandag) vroeg in de morgen (om 6.30 u.) heeft een eucharistieviering plaats in de St.-Janskerk. Daarna verzamelen de gelovigen zich om voor een laatste maal de ommegang te doen. Eertijds ging deze stoet enkel rond de Pamel, maar later werd ook overgeschakeld op de officiële processieweg (de gebruikelijke ‘ommegang’). Vroeger werd hierbij het beeld gedragen door jonge vrouwen in processiekledij.
Het feit dat het beeld dit keer gedragen werd door jonge vrouwen zou volgende geschiedenis als oorsprong hebben: In 1788 verbood keizer Jozef-II nogmaals dat processies zouden uitgaan. Dat viel natuurlijk bij de keikoppen in slechte aarde! Alhoewel het gemeentebestuur en de pastoor uit angst deze maatregel wilden volgen, ontstond er bij de gelovige bevolking heel wat beroering. Op het cruciale ogenblik namen vier jonge zusters Aernout ongehoorzaam en onbevreesd het beeld op hun schouders en deden ermee, gesteund door de enthousiaste bevolking, toch de volledige ommegang. Het gemeentebestuur en de pastoor kregen nadien een ernstige vermaning van hun respectievelijke oversten, maar het jaar erop bekwamen zij wel opnieuw de toelating.
Sedert 2004 wordt het mirakelbeeld op Pameltje Ommegang niet meer gedragen door jonge vrouwen, maar geplaatst en vervoerd op een processiewagentje.
Geraadpleegde werken: Het Mirakelbeeld van Onze Lieve Vrouw vereerd in Sint Janskerk, te Poperinghe door J. OPDEDRINCK Aan de Schreve, 9de jaargang 1979 – nr. 2, speciaal nummer naar aanleiding van de 500ste verjaring van het mirakel door Maurits DEBRIE Ommegangberichten door Maurits DE GERSEM.
Sinds de eerste ommegang:
Ceremonies gehouden